De oorzaak van het voortzetten van de doorstromende cyclus (saṃsāra) van geboorte (janma) en wedergeboorte (punar janma).
- samsara karanam
Wat is de oorzaak? Door gebrek aan onderscheidingsvermogen (aviveka) tussen wat echt en onecht is, heeft men een passie (rāga) voor de wereld, wat verlangens en angst opwekt, voorkeuren en afkeren, doelen en wensen. Dit laat sporen na in het onderbewuste of het causale lichaam, en zal karmische gevolgen hebben.
De wens in een mens, maar ook levende wezens om zich te laten gelden in de wereld, en zo te manifesteren, moet volgens de wet van karma en dharma vruchten dragen. En dat allemaal door individuele onwetendheid dat het afhankelijk echt is, niet waarlijk echt.
Technisch gesproken zou de kosmos ophouden te bestaan, als alle levende wezens zichzelf zouden realiseren. Nou is het wat het microleven, planten en dieren betreft een uitgemaakte zaak. Zij hebben geen, amper of een onvoldoende ontwikkelde buddhi (intellect). Maar gezien de globale motor van het wereldgebeuren, en de zeldzaamheid van 'zelfactualisatie' is er geen enkele reden om aan te nemen dat saṃsāra niet oneindig is op totale schaal (samaṣṭi). Alleen op individuele (vyaṣṭi) schaal is saṃsāra eindig.
Zelf als zou de nacht van brahman (pralaya, tijdelijke oplossing van de wereld in zichzelf) aangebroken zijn, dan nog zal er een nieuwe dag verrijzen. Dit is de oneindige cyclus van saṃsāra.
Oplossing: viveka (onderscheidingsvermogen) en vairāgya (geen passie voor de wereld), door middel van het verinnerlijken van deze kennis.
Gelukkig is het allemaal maar mithyā (schijnbaar waar). En heeft het bestaan zelf, bewustzijn, de waarheid er geen greintje last van.